Overheid, u bent er voor de burger, niet voor de luchtvaart
Maandag 15 juli 2019
Groei van Schiphol zonder extra overlast, is niet reëel
Als het aan het kabinet ligt, is de bovengrens van 500.000 vluchten voor Schiphol in 2021 verleden tijd, maakte minister Van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat, VVD) 5 juli bekend. Het kabinet wil deze groei alleen toestaan als de hinder voor omwonenden afneemt, zei de minister erbij.
Deze keuze voor groei van Schiphol is voorbarig en het kabinet verstoort er de zorgvuldige voorbereiding van haar Luchtvaartnota 2020-2050 mee. Omwonenden van de luchthaven herkennen de grijsgedraaide plaat van ‘steeds minder hinder’ om de luchtvaartsector maar te kunnen laten doorgroeien.
Dit is geen nieuwe start, maar gewoon het oude liedje. Met dit verschil dat de bewoners niet langer accepteren dat de overlast toeneemt met steeds meer luidruchtige vliegtuigen boven hun hoofd. Een actie met meer omzet voor de sector en slechts nadelen voor de bewoners lijkt meer op een wisseltruc dan een eerlijke ruil.
Minister Van Nieuwenhuizen wil de toekenning van groei baseren op de afname van het aantal gehinderden vanwege een iets minder lawaaiige luchtvloot. Maar bewoners liggen niet wakker van meer of minder gehinderden. Dat is slechts een maatstaf van de overheid en de sector die milieuruimte willen gebruiken voor meer luchtverkeer.
De bewoners liggen wel wakker van nachtvluchten en het toenemende aantal vliegtuigen dat zonder tussenpozen hun woongebied passeert. Daarom is deze ‘ruil’ volstrekt onaanvaardbaar.
Toenemend luchtverkeer versterkt de opwarming van de aarde. De minister kiest voor het falende reductiesysteem ‘CORSIA’ dat binnen VN-organisatie ICAO is afgesproken. Dit behelst onder meer boomaanplant om de toename van CO2-uitstoot te compenseren. Dit systeem moet vooral groei van de luchtvaart faciliteren en is niet op het Parijs-akkoord afgestemd. Het doet een deel van de klimaatoffers van burgers en normale bedrijven te niet.
Opwarming veroorzaakt nu al veiligheidsrisico’s met de wekelijkse klimaatrampen in de hele wereld, die de VN meldt. Op langere termijn wordt ook Nederland bedreigd. Daarom moet de regering klimaatveiligheid van de luchtvaart conform het Parijs-akkoord de hoogste prioriteit geven, naast externe veiligheid van omwonenden.
In haar Kamerbrief noemt de minister veel achterhaalde economische argumenten om groei te rechtvaardigen. Slechts behoud van het intercontinentale netwerk met zakelijke verbindingen voor handelsland Nederland lijkt hout te snijden. Het gaat om zakelijke passagiers, ongeveer 30 procent van het totaal. En dat gedeelte van de talrijke huidige bestemmingen dat voor zakelijke passagiers nodig is. Omdat de vliegtuigen maar gedeeltelijk met zakelijke passagiers gevuld worden, bieden ze ook capaciteit om te voldoen aan de toeristische vraag van en naar ons land.
Ook zogeheten overstappassagiers zorgen deels voor een rendabele bezetting. Door de toenemende vraag naar luchtvaart voor de thuismarkt Nederland zijn er steeds minder overstappers ‘nodig’. Economen wijzen er ook op dat dit overstapmodel uit de jaren tachtig van de vorige eeuw steeds minder nut heeft voor de Nederlandse economie.
Schoon het intercontinentale netwerk op
Beter is het om de schaarse capaciteit in te zetten voor de Nederlandse zakenreiziger en toerist. De gemeente Amsterdam en het Centraal Bureau voor Toerisme proberen bovendien in te zetten op kwaliteitstoerisme, waar het aantrekken van zo veel mogelijk toeristen niet meer bij past.
Het huidige ‘handelsnetwerk’ kan zo nodig gemakkelijk de verdere ontwikkeling van de wereldeconomie opvangen, met zo’n twee nieuwe intercontinentale bestemmingen per jaar. Dat voorkomt verschraling. Dat vraagt geen volumegroei, omdat Schiphol over een reservecapaciteit van meer dan 80.000 vluchten beschikt. Die is ontstaan door afname van budget-toerisme dat meer overlast dan economisch nut veroorzaakt, door vervanging van andere korte vluchten door de HSL-treinverbinding en door opschoning van het intercontinentale netwerk.
Als de al jaren gebruikelijke mediterrane vakantievluchten op Schiphol (dus zonder Lelystad) blijven, is er naast een hoogwaardig netwerk zelfs ruimte voor meer dan 10 procent afname van het luchtverkeer, met behoud van de nuttige functie van de luchthaven voor ons land.
Zou het kabinet zonder concreet aangetoonde economische noodzaak toch besluiten om Schiphol ‘gematigd’ te laten doorgroeien, dan wil het kennelijk de groei van KLM en Schiphol Group beschermen. Dat is geen overheidstaak. Deze ondernemingen moeten voor hun overleving zelf hun bedrijfsstrategie aan de eisen van deze tijd aanpassen. Dat doen andere succesvolle ondernemingen voortdurend. Bescherming door het Rijk als aandeelhouder zal KLM en Schiphol Group afhouden van deze noodzakelijke koerswending.
Matt Poelmans, Bewoners Omgeving Schiphol
Hans Buurma, Werkgroep Toekomst Luchtvaart