Plafond op Schiphol biedt juist kansen
Dinsdag 26 september 2017
Schiphol loopt tegen zijn capaciteitsgrenzen aan met een plafond van 500 duizend vluchten per jaar. Niet alleen op de grond, maar ook in de lucht. Niet alleen vanwege de hinder, maar ook de veiligheid. De vraag naar luchtvervoer blijft intussen wel groeien. Wat een capaciteitsprobleem lijkt, kan voor de mainport juist als kans benut worden.
De vraag naar vliegreizen wordt sterk aangewakkerd door prijsvechters. Mensen vliegen veel vaker omdat de ticketprijzen bijna verwaarloosbaar zijn. Dat veroorzaakt een snel groeiende stroom van ‘budgettoeristen’ op Schiphol. Zoals landgenoten die regelmatig voor een grijpstuiver naar Europese steden vliegen en massa’s buitenlandse toeristen die Amsterdam overstromen.
De regering streeft al decennia naar groei van een hoogwaardige mainport en wil daar waarschijnlijk mee doorgaan. Goed voor de economie zegt men. Budgettoerisme is duidelijk geen mainportverkeer met een zakelijk of maatschappelijk doel, dat in een veel lager tempo groeit. Mainportgebonden vluchten zijn weliswaar bedoeld voor zakelijk vervoer, maar bieden ook ruim plaats aan passagiers die vrienden en familie bezoeken of jaarlijks een lange vakantiereis maken, met een volwaardig reisbudget.
Zou de luchthaven met het oog op dit zakelijke en maatschappelijke vervoer uitgebreid worden, dan zal het veel sneller groeiende budgettoerisme bijna alle vrijkomende ruimte in beslag nemen. Budgettoeristen genereren vrijwel geen economische bijdrage aan het BNP en verhinderen bij uitbreidingen zelfs de verdere ontwikkeling van de mainport. Dat is ronduit slecht voor de economie.
Het aantal vliegbewegingen kan onder de huidige milieu- en veiligheidsnormen waarschijnlijk met slechts een paar procent verhoogd worden. Dit lijkt een bedreiging, maar als je daar slim mee omgaat biedt het de mainport juist kansen. Dan moet de regering het streven naar ongespecificeerde groei van de mainport wel inwisselen voor een ander doel. Namelijk om af te zien van uitbreiding op de huidige locatie en de mainportfunctie van Schiphol te versterken ten koste van alle niet aan de mainport gebonden vervoer.
Dit vergt veel meer dan het verplaatsen van vakantiecharters naar Eindhoven en Lelystad. Deze regionale luchthavens hebben samen een beperkte capaciteit van uiteindelijk 70.000 vluchten, terwijl Schiphol nu al veel meer niet mainportgebonden vluchten kent. Budgettoerisme moet daarom niet verplaatst, maar teruggedrongen worden. Zowel op Schiphol als op de regionale luchthavens. Tickettax zou het zeer prijsgevoelige budgetvervoer kunnen afremmen. Staatssecretaris Dijksma heeft het al in de Tweede Kamer genoemd. Denk echter ook aan aanvullende maatregelen, zoals hogere luchthavenkosten en toeristenbelasting, airbnb begrenzen, stedenreizen per trein stimuleren en nabije vakantiebestemmingen promoten. Daar zou een door tickettax gefinancierd fonds voor gebruikt kunnen worden.
Daarnaast is er kans dat een tekort aan start- en landingsvergunningen (slots) op Schiphol een autonome verschuiving oproept die de mainportfunctie versterkt. Namelijk van economisch marginale vluchten naar meer winstgevende vluchten. Iets dergelijks heeft zich voorgedaan op de Londense luchthaven Heathrow, die al tien jaar aan een maximum van 480 duizend vliegbewegingen zit en voortreffelijk functioneert. Goedkopere vrijetijdsreizen zijn daar “spontaan” verschoven naar omliggende luchthavens.
Het handhaven en verder ontwikkelen van een hoogwaardige mainport Schiphol vergt een nieuw accent in het regeringsbeleid, namelijk optimaliseren zonder capaciteitsuitbreiding. Daarmee is niet alleen de economie gediend, maar ook de samenleving. Een niet te versmaden voordeel van dit plafond is namelijk dat de afname van hinder en uitstoot door een stillere en zuinigere luchtvloot niet door volumegroei ingehaald wordt. Meer stilte en minder opwarming, wie wil dat niet?
Mr dr Hans Buurma, voorzitter Werkgroep Toekomst Luchtvaart
Ook geplaatst in TROUW DINSDAG 26 SEPTEMBER 2017